Gemaal Weerdijk Nieuwolda

Oorlogsdrama rond gemaal “Weerdijk” aan de Scheveklap

Op dinsdag 17 april 1945 rukken de geallieerde legers op richting Nieuwolda en worden de Duitsers die zich in de omgeving van de Scheveklap bevinden, flink beschoten. Felle gevechten vinden over en weer plaats. De bewoners vluchten, maar de families Boven en Hilvert Doornkamp, Helena Bolwijn met haar zoontje Bennie duiken onder in de kelder van het gemaal.

Oude gemaal Weerdijk omstreeks 1928
Gemaal Weerdijk rond 1928

Hilvert Doornkamp, geboren 12 januari 1906, was in juni 1942 door het waterschap aangesteld als machinist van het gemaal Weerdijk te Scheveklap. Hij was getrouwd met Jantje Abbring en zij hadden vier kinderen:

  • Adolf (geboren in november1935)
  • Willem Jan (geboren op 17 november 1935)
  • Katrientje Pietertje (geboren op 22 december 1939)
  • Jan (geboren op 5 november 1942)

Op 10 oktober 1944 overlijdt Jantje aan een darmziekte en blijft Hilvert achter met vier kleine kinderen. Hilvert krijgt na het verlies van zijn vrouw al gauw steun van de huishoudster Helena Bolwijn uit Stedum, die een onecht kind heeft, Bernardus Bolwijn, genoemd Bennie, geboren in juni 1944.

De familie Everts probeert de families over te halen te vluchten, maar Hilvert Doornkamp antwoordt: “Ik heb een helm van de luchtbescherming en die doe ik wel op.” Kort daarop valt er een voltreffer in de kelder van het woonhuis, waardoor Hilvert Doornkamp direct gedood wordt.

Overlijdensakte Hilvert
Overlijdensakte Hilvert Doornkamp

Zijn huishoudster en tien maanden oude baby Bennie raken levensgevaarlijk gewond. Details van de verwondingen zal ik u besparen, maar wel kan ik zeggen dat deze verschrikkelijk waren. Ook Boven en zijn vrouw waren gewond door scherven. En tevens het jongste zoontje van Jan, die zijn pols kapot had. De familie Boven en Helena met haar zoontje Bennie kruipen uit de kelder en gaan naar de machinekamer, waar ze dekking zoeken onder de machines. Er wordt nog steeds geschoten en na een kwartier proberen ze weg te komen. Boven neemt de kleine Jan bij zich. Huishoudster Helena Bolwijn vraagt of hij ook haar baby wil meenemen, zodat hij met beide gewonde kinderen naar buiten gaat. Zijn vrouw en kinderen volgen hem. Helena gaat ook naar buiten, maar de anderen vernemen niet waar ze blijft. Wanneer ze richting het huis van Boven gaan en daarna door de sloten heen bij het Termunterzijldiep langs in de richting van Nieuwolda. Drie honderd meter verder blijven ze liggen, omdat er geen dekking meer is. Ze zij daar blijven liggen, omdat ze geen dekking meer is. Ze zijn daar blijven liggen tot negen uur s’avonds. Af en toe laten ze hun hoofden zien, maar dan wordt er direct geschoten. Uren hebben die arme mensen daar doorgebracht, terwijl Bennies moeder alleen is achtergebleven. Helena is later door de Duitsers vervoerd naar de Stichtingen in Wagenborgen en behandeld door Dr.Schaafsma. Ze moet echter geopereerd worden, maar de Duitsers staan niet toe, dat ze uit het dorp vervoerd wordt. Zodoende is ze overleden aan haar verwondingen.

Om negen uur s’avonds wagen Boven en zijn vrouw met de kinderen het om verder te gaan. Ze kruipen 300 tot 400 meter verder. Er wordt nog geschoten en weer blijven de mensen liggen tot twee uur ’s nachts. Ze zijn steenkoud, wanneer ze zich verder wagen. Ze bemerken ook ongeveer die tijd, dat de kleine Bennie, die in een schort is gewikkeld, overleden is. Ze kruipen verder en het witte manteltje van Katrientje wordt gebruikt als “Witte vlag”, wanneer ze bij de eerste huisjes van Nieuwolda komen. Door de Polen worden ze aangeroepen. Wie ze zij en waar ze heengaan. Uiteindelijk krijgen ze onderdak aan de Wagenborgerweg. De baby Bennie wordt tijdelijk begraven in de tuin van een familielid van Hilvert Doornkamp, Jantje Doornkamp, aan de Wagenborgerweg ?? Met een auto zijn Boven, zijn vrouw en Jan Doornkamp naar Midwolda gegaan en vervolgens naar het ziekenhuis in Winschoten. Op woensdag 18 april zijn de huizen aan de Scheveklap waarschijnlijk door de Duitsers in brand gestoken en is het lichaam van Hilvert Doornkamp aldaar verbrand.

Tot zover dit relaas van leed en ellende. We behoeven er niets aan toe te voegen. Dat is oorlog.

Nog een kleine noot uit de notulen van het Waterschap die ik u niet wil onthouden: Gedurende de vier jaar, dat Hilvert Doornkamp machinist van het gemaal is geweest, heeft hij zich laten kennen als een uiterst betrouwbaar en accuraat beambte en verliest het waterschap in hem veel. Hij zal bij ons in aangename herinnering blijven. (zie ook Notulen)

Bron: In 1966, April 2017, 51e jaargang nummer 4, door Flip Moerker, Gasteren (Oud inwoner van Nieuwolda)